Veelzijdige en functionele Australische architectuur
Architecten in Australië hebben enkelen van de meest ongewone en degelijke gebouwen ter wereld gemaakt. Internationaal erkende Australische iconen omvattende gebouwen zoals het Sydney Opera House van architect Jørn Utzon en het nieuwe parlementsgebouw in Canberra van architect Romaldo Giurgola. De Australische architectuur heeft een hele evolutie doorgemaakt en de verschillende stijlen kenmerken zich ook in iconische gebouwen zoals “De Queeenslander” en de typische strandhuizen. Architecten in Australië hebben altijd rekening gehouden met de geschiedenis, het klimaat, de locatie en de identiteit van hun land.
|
Parlementsgebouw in Canberra |
|
Queeenslander-stijl |
|
Sydney Opera House |
De eerste gebouwen in Australië
Veel van de eerste gebouwen in Australië waren constructies die moesten voldoen aan de onmiddellijke behoeften van de toenmalige Britse kolonie. De Port Arthur nederzetting en de jeugdgevangenis Point Puer werden ontworpen door Henry Laing. Het Ronde Huis in Fremantle, gebouwd in 1831, was het eerste permanente gebouw in de kolonie van West-Australië. In Sydney was een van de eerste permanente gebouwen Fort Phillip, gebouwd door gouverneur Phillip in 1804 in het gebied bekend als The Rocks. De Royal Exhibition Building werd in 1880 opgericht om de eerste internationale tentoonstelling van Australië voor culturele, technologische en industriële activiteiten in te richten. Het ontwerp weerspiegelde Melbourne's positie als een welvarende stad. Op 1 juli 2004 werd het als eerste gebouw in Australië opgenomen in de werelderfgoedlijst.
Moderne architectuur
Rond 1900 viel het gebruik van nieuwe materialen en technologieën samen met een overvloed aan utopische ideeën van verschillende architecten. Ze hadden allemaal hun eigen idee over wat er bedoeld werd met modern zijn. Terwijl de functionaliteit als belangrijk werd beschouwd, moest het ontwerp ook voldoen aan emotionele, spirituele en sociale kenmerken. Deze werden, vaak beïnvloed door de idealen van de Australische Kunst en Ambachtsbeweging om te reflecteren op iets wat uniek Australisch was. Residentiële architectuur. De vroege Australische residentiële architectuur was ins harmonie met het Australische landschap en het klimaat, met zijn unieke flora en fauna, intens zonlicht en bijhorende schaduwen.
Queenslanders en strandwoningen
De vroege huizen van Queensland werden gekenmerkt door brede veranda's. Deze waren voorzien van roosters en dak ventilatoren om de huizen koel te houden. Sommige constructies hadden muren met grote open ruimtes voor de afkoeling van de gebouwen. Deze techniek werd vooral toegepast bij de bouw van de eerste strandwoningen. Ze zijn te zien in subtropisch en tropisch Australië in Noord-Nieuw-Zuid-Wales en in Queensland, het Northern Territory en de Kimberley.
Federatiehuizen, bungalows en naoorlogse woningbouw
De sierlijke “Federatiehuizen”, die hoofdzakelijk tussen 1900 en 1914 werden gebouwd waren een teken van welvaart. Veel huizen hadden een zonsopgang in de voorgevel als teken van het begin van een nieuwe eeuw. De naoorlogse (1950 -1960) architectuur werd gekenmerkt door het veelvuldig gebruik van asbestcement, hout en dunnen bakstenen. De Australische architect en criticus Robin Boyd beschreef de Australische voorsteden als lelijk en slecht ontworpen. Dit is door de toenemende welvaart opnieuw in positieve zin geëvolueerd. Vorige maand schreef ik over een overzicht van de
Griekse architectuur. Voor meer informatie over architectuur kijk je op mijn
site.